Voor de verjaardag van mijn klaverjasmaat, de grote vriendelijke reus uit Rotterdam, maakte ik een verjaarstaartje. Het is geen zoetekauw, dus ging ik aan de slag met de meest letterlijke betekenis van het woord ‘cheese cake’; een taart van romige blauwe kaas op een knapperige bodem met tijm, knoflook en peterselie en afgewerkt met een laagje vijgenchutney met port en pruimen en walnoten.
Hoe pittiger je blauwe kaas hoe meer de smaak ervan zal overheersen. De smaak wordt zeker verzacht door de roomkaas dus kies je voor de pittige roquefort dan blijft er een milde blauwe kaassmaak over. Neem je een hele milde Deense blauwe kaas dan zal de blauwe kaassmaak veel minder prominent zijn.
Ik heb twee kleine taartjes gemaakt, 12 en 10 cm doorsnee. Dat komt overeen met een springvorm van 16 cm doorsnede. Wil je een andere maat gebruiken, kijk dan hier op de omrekentabel hoeveel je nodig hebt.
Ingrediënten: (voor 2 taartjes: 12 en 10 cm doorsnee)
Voor de bodem:
100 gr bloem
50 gr ongezouten boter IJSKOUD
½ eiwit
1 tl zeezout
½ teen geraspte knoflook
1 tl verse tijm
3 tl verse peterselie
Vulling:
150 gr roquefort (kamertemperatuur)
150 gr roomkaas (Philadelphia) (kamertemperatuur)
100 ml slagroom (koud)
50 gr walnoten
2 el tawny port
3 blaadjes gelatine
Topping:
2 el vijgenchutney met port en pruimen
Enkele walnoten ter decoratie
Bereiden: (bodem 1 uur + ½ uur rusten, vulling 15 minuten + 4 uur rusten, topping 10 min)
Bodem:
Snij de tijm en peterselie heel fijn en rasp de helft van een teentje knoflook. Snij de boter in kleine blokjes. Zeef de bloem boven een kom. Voeg het zout, de knoflook en de kruiden toe en kneed met je vingers de boter door de bloem tot een kruimelige massa ontstaat. Voeg ook het halve eiwit toe en kneed tot een stevig samenhangend deeg. Blijft het deeg te kruimelig voeg dan eventueel nog een drupje water toe.
Laat het deeg minstens een half uur rusten in de koelkast.
Beboter de springvormen – verwarm de oven op 180 °C.
Rol het deeg uit tot ongeveer 3 tot 5 mm dikte. Steek met de springvormen de bodem uit. Leg de bodem in de springvorm. Prik met een vork gaatjes in de bodem zodat een de hele bodem putjes heeft. Bedek de bodem met een gekreukt bakpapier en vul de vorm met bijvoorbeeld erwten of keramische knikkers om de bodem blind af te bakken.
Bak de bodem gedurende 15 minuten. Verwijder dan de erwten en het bakpapiertje en bak nogmaals 15 minuten tot de bodem mooi goudbruin is. Laat de bodem volledig afkoelen voor je verder gaat met de vulling.
Vulling:
Klop met een keukenmachine met ballongarde of met de handmixer de room- en blauwe kaas los. Voeg de slagroom toe en blijf kloppen tot een mooie romige massa.
Week de gelatine in koud water gedurende een minuut of 5. Warm de port een beetje op in de magnetron of in een steelpannetje. Knijp de gelatine goed uit en los het op in de port.
Spatel de port door de kaasmassa. Hak de walnoten grof en spatel deze ook door de kaas. Giet de kaasvulling in de springvormen op de bodem. Knop even het teveel aan lucht eruit door de vulling een paar keer op het keukenblad te tikken.
Laat de taart nu minimaal 4 tot 6 uur opstijven.
Topping:
Snij met een scherp mesje de taart rondom los van de springvorm. Bedek nu de taartjes met de vijgenchutney en verdeel deze goed naar de randen. Zoek een paar mooie hele walnoten en decoreer hiermee de bovenkant van het taartje.
Serveer dit taartje bij je kaastafel met een goed glas port.
