Eigenlijk is een appelkruimeltaart een appeltaart voor luie bakkers. Je hoeft geen deeg te kneden, geen springvorm te bekleden en geen mooi ruitjespatroon te maken van onwillige rolletjes deeg, die je eigenlijk liever rauw opeet.
Deze appelkruimeltaart staat met een kwartiertje in de oven en binnen het uur ruikt het huis alsof het klaar is voor een bezichtiging van de makelaar. Maar wat nog belangrijker is, als je de taart even de tijd geeft om wat af te koelen – hete appels met suiker zijn loeiheet – dan zorgt de pectine in de appels ervoor dat de vloeistof wat dikker wordt, waardoor je prachtige stevige stukjes kunt presenteren.
Nou ja, dat geldt dan weer niet voor mij, want ik lepel gewoon in mijn eentje die schaal leeg in een paar uur.
Ingrediënten: (4-6 personen)
3 friszure appels (geen moesappelen)
25 gr donkerbruine suiker
1 tl kaneel
150 gram bloem
100 gr lichtbruine suiker
snufje zout
1 el koud water
1 tl vanille extract
110 gr boter op kamertemperatuur
Bereiden: (Circa 1 uur en 15 minuten, waarvan 1 uur in de oven)
o Verwarm de oven voor op 180 °C.
o Snij de ongeschilde appels zonder het klokhuis in blokjes;
o Strooi de donkerbruine suiker met de kaneel over de blokjes;
o Roer goed door.
o Voeg de lichtbruine suiker toe aan de bloem;
o Roer goed door;
o Voeg water, zout en vanille extract toe;
o Wrijf de boter met je vingers door de bloem tot een mooie kruimel ontstaat.
o Neem een passende ovenschaal;
o Stort het appelmengsel in de schaal;
o Verdeel er het kruimeldeeg over;
o Plaats gedurende 1 uur in het midden van oven.
Mocht de bovenzijde nog niet mooi bruin zijn, verleng dan de oventijd met nog eens 10 tot 15 minuten met alleen bovenwarmte.
o Laat de appelkruimelschotel minimaal 3 kwartier afkoelen om te voorkomen dat er vocht onderin de taart ontstaat. De pectine zal het vocht binden.
o Heerlijk met vanillesaus of vanille roomijs.
